Exact 60 jaar geleden werd Euskadi ta Askatasuna (ETA) officieel opgericht. In de loop van het universitair jaar 1951-1952 hadden enkele studenten en jonge Baskische intellectuelen aan de universiteit van Deusto in Biskaia de groep Ekin (Handelen) opgericht, in eerste instantie om de geschiedenis van de Baskische nationale beweging te bestuderen. Ze zochten contact met de in ballingschap nog bestaande Eusko Gaztedi Indarra (EGI), de jongerenorganisatie van de PNV/EAJ.

 

In 1956 werd Ekin officieel onderdeel van EGI. Maar al vlug kwam het tot operationele en ideologische tegenstellingen tussen Ekin en EGI. Ekin botste enerzijds op de passiviteit van EGI en anderzijds op haar reformisme, americanofilie en conservatisme. Eind 1958 beslisten de militanten van Ekin om afstand te nemen van EGI en de oprichting van een nieuwe organisatie voor te bereiden. Op 31 juli 1959 werd Euskadi ta Askatasuna officieel opgericht. De datum was niet toevallig gekozen. 31 juli is de verjaardag van de oprichting van de PNV door Sabino de Arana i Goiri in 1895. En ook dat was niet toevallig want het is de verjaardag van de dood van Ignacio de Loyola, de Baskische stichter van de Jezuïetenorde. Sabino de Arana verwierp het universalistische christendom van de jezuïeten en wou met zijn organisatie een soort nieuw begin inluiden. Op dezelfde wijze wilden de jongeren van Ekin het Baskische nationalisme in 1959 herstichten. Richtinggevend waren onder meer de ervaringen van de het Algerijnse Front de libération national (FLN) en de Vietcong die de Fransen verdreven hadden uit Vietnam na de overwinning bij Dien Bien Phu in 1954. Er werd meteen begonnen met het voorbereiden van gewapende operaties. ETA zou hier een zware prijs voor betalen.

Op 25 oktober 1959 werd een artisanaal gemaakte granaat tot ontploffing gebracht bij de franquistische krant Alerta in Santander, zonder veel schade aan te richten. Op 7 december werd een springtuig aangebracht in de zetel van het civiele bestuur in Gazteiz en op 13 december in het hoofdkwartier van de politie in Bilbo. Op 18 juli 1961 werden langs de spoorlijn Bilbo – Donostia en op verschillende plaatsen in Donostia Spaanse vlaggen afgenomen en publiekelijk verbrand. Dezelfde 18 juli werd gepoogd om een trein die franquistische oudstrijders vervoerde naar een herdenkingsbijeenkomst in Donostia te laten ontsporen. Ook deze actie mislukte. Het gevolg was wel dat één van de activisten die vlaggen hadden verbrand, Felix Arrieta, opgepakt werd, gemarteld en binnen enkele uren nog een dertigtal andere ETA-activisten opgepakt werden. Ze verschenen op 28 oktober voor de krijgsraad en 7 onder hen werden veroordeeld tot gevangenisstraffen van 5 tot 20 jaar. Het was pas in die periode dat het franquistisch regime achter het bestaan van ETA kwam.

De gebeurtenissen van 1960 en ‘61 deden de leiding van ETA beseffen dat ze hadden proberen te lopen vooraleer ze konden stappen. Er moest eerst gezorgd worden voor technische opleiding, de uitbouw van netwerken voor informatie-inwinning, veilige onderduikadressen, etc. Er moest ook rekening worden gehouden met de religieuze moraal van een belangrijk deel van de Baskische patriotten, het gebrek aan revolutionaire traditie, etc. Pas 7 jaar later zou ETA een nieuw offensief proberen te lanceren. Bij een politiecontrole op 7 juni 1969 werd Txabi Etxebarrieta, een ETA-leider, aan een wegblokkade gestopt. Bij zijn vlucht schoot hij de guardia civil José Pardines Arcay dood. Etxebarrieta werd achtervolgd en zelf doodgeschoten. Dit deed ETA besluiten om voor het eerst een gerichte executie uit te voeren: Meliton Manzanas, hoofd van de geheime politie in Donostia en verantwoordelijk voor een hele reeks gevallen van foltering van Baskische militanten.

Ondertussen had ETA zijn eerste algemene vergadering gehouden in de abdij van Onze-Lieve-Vrouw-van-Belloc, in Urt, ten noorden van de Pyreneeën. ETA verklaarde zich een Baskische Revolutionaire Beweging voor Nationale Bevrijding. De tweede algemene vergadering werd in maart 1963 gehouden in Cap Berton. Datzelfde jaar verscheen Federico Krutwig’s boek Vasconia dat één van de belangrijkste inspiratiebronnen voor de beweging zou worden. Het stelt Baskenland voor als een “interne kolonie” en poneert de taal als het centrale element in de strijd voor het overleven van de Baskische natie. De derde algemene vergadering ging door in Baiona. Hier nam ETA expliciet afstand van het kapitalisme en besloot een revolutionaire belasting te innen om de organisatie op te bouwen. Dit stelde de organisatie in staat om de nodige structuren uit te bouwen die complexe militaire operaties als “operacion ogro”, de executie van admiraal José Luis Carrero Blanco, de gedoodverfde opvolger van Franco, uit te voeren.