Aan het Stadhuis van Antwerpen heeft de Vlaams-Socialistische Beweging (V-SB) deze morgen (11 juli 2010 om 10u30) Herman van den Reeck herdacht.

 

Precies negentig jaar geleden werd deze student hier neergeschoten door een politieagent.  Dat gebeurde tijdens een woelige Guldensporenherdenking die door de franskiljonse burgemeester Jean De Vos was verboden.  Pas na drie kwartier werd de zwaargewonde Van den Reeck door de politie naar het ziekenhuis gebracht.  Tegen het advies van de artsen in werd hij nog aan een verhoor onderworpen en moest hij een schuldbekentenis tekenen.  Tegen de avond van 12 juli overleed hij aan zijn verwondingen.

Vandaag zijn er nog maar weinig mensen die weten wie Herman van den Reeck was.  Nochtans heeft zijn dood in Vlaanderen een golf van verontwaardiging teweeggebracht en waren er enkele opmerkelijke gevolgen.  De gebeurtenis droeg bij tot de radicalisering van de Vlaamse beweging, terwijl de Franstalige burgerij in Antwerpen haar laatste geloofwaardigheid onder de bevolking verloor.  Niet toevallig kwam het stadsbestuur in 1921 in handen van een linkse en Vlaamsgezinde coalitie onder leiding van Frans van Cauwelaert en Camille Huysmans, die de moord op Herman van den Reeck scherp veroordeeld hadden.  Tot slot kan vermeld worden dat verschillende bekende dichters, waaronder Paul van Ostaijen, gelegenheidsgedichten schreven om hun verdriet en woede te uitten.  Een andere vorm van protest is terug te vinden in de bevolkingsregisters, omdat kort na de dood van Herman van den Reeck veel pasgeboren kinderen naar hem genoemd zijn.

 

Op de korte herdenkingsplechtigheid nam Joost Vandommele het woord.  Hij schetste de politieke context van toen en beschreef het linkse, Vlaamgezinde en antimilitaristische engagement van Herman van den Reeck.  Daarna werd er een krans neergelegd aan het monument van de Buildrager.

 

 

Over deze kleine herdenkingsplechtigheid werd een reportagegemaakt door ATV.