at alle registers opengetrokken worden om de commercie van het wereldkampioenschap voetbal te laten draaien, zal niemand ontgaan zijn. Nu draagt ook Minister van Onderwijs Pascal Smet zijn beschamend steentje bij: hij moedigt jongeren aan om vroegtijdig de scholen te verlaten en al tijdens het schooljaar naar Brazilië te trekken om het er het WK te gaan bijwonen. Volgens minister Smet kadert het WK2014 immers in de eindtermen van het onderwijs.
We gaan zeker niet ontkennen dat er in Brazilië geen enorm waardevolle levenslessen kunnen opgedaan worden. Weliswaar niet door te gaan joelen voor de Rode Duivels, maar door de favelas van Rio de Janeiro in te trekken, en er te praten met de lokale bevolking. Om er te constateren dat er tienduizenden mensen uit hun huizen verjaagd zijn om plaats te maken voor de infrastructuur van het WK (volgens opposanten zijn er 170.000 uit hun huizen gezet, de regering houdt het op "slechts" 20.000). Je kan er vaststellen dat de Braziliaanse overheid miljarden kan vrijmaken voor de voetbalbond en haar hele schare sponsors blij te maken, maar niet in staat is om te voorzien in een reeks basisbehoeften voor de bevolking. Dat de 'voetbalgoden' fortuinen verdienen, dat er geld is voor luxueuze overnachting voor de WK-toeristen, maar dat de lokale bevolking er de prijs voor betaalt.
In plaats van alles in het werk te stellen om de geldmolen van het WK draaiende te houden, zouden we van een Minister van Onderwijs toch een andere houding verwachten: boycot dat wereldkampioenschap en laat de jongeren ontdekken wat er ècht gaande is in Brazilië. En leer ze kennismaken met de diverse protestbewegingen tegen dit schaamteloze wereldkampioenschap.